© Jo Boey
C.V.
       


© Jo Boey
 

Dirk Boumans volgde vanaf zijn 14 jaar teken-, schilder- en zeefdruklessen in dagonderwijs aan het Hoger Instituut Sint-Lucas te Brussel. Hij volgde ook dag- en avondlessen aan de Koninklijke Academie te Antwerpen. Hier bekwaamde hij zich in de beeldhouwkunst (boetseren naar levend model, steenkappen en houtbewerking).


In 1963 werd hij toegelaten tot de Werkplaats Beeldhouwen aan het Hoger Instituut van Schone Kunsten te Antwerpen waar hij afstudeerde als Laureaat in de Beeldhouwkunst in 1968. Hij deelde het atelier met Jacob Querido, waarmee hij heel zijn leven bevriend is gebleven en met Stef Steenhoudt, die echter overleed in 1973.

Tussen 1964 en 1968 nam hij als student aan de Academie deel aan groepstentoonstellingen in Antwerpen, Parijs en Amsterdam. In 1964 was er de groepstentoonstelling “Beelden in de Ruimte” in Brasschaat, en in 1965 bij Campo in Antwerpen. Tussen 1970 en 1975 werkte hij samen met zijn studiegenoot en vriend Jacob Querido voor opdrachten in Nederland. Zij maakten een beeld met gong voor de Querido-stichting te Amsterdam en het beeld “Spelende kinderen” voor Hendrik-Ido-Ambacht.

Tijdens zijn verblijf in Kalmthout exposeerde hij in 1977 in de Kiekenhoeve te Essen met ingekleurde tekeningen in noteninkt van karren uit het Karrenmuseum, oude hoeves uit de omgeving en de eerste houten vissersschepen in aanbouw en achtergelaten wrakken. Hiervoor ondernam hij met zijn echtgenote enkele reizen naar Bretagne tijdens hun vakantie.
Hierna volgden verscheidene solotentoonstellingen in Sorrento, Italië, Kruibeke, Antwerpen, Melsele en groepstentoonstellingen in Antwerpen, Brussel, Boom, Kapelle-op-den-Bos, Lille-Kempen

Vanaf 1980 woonde hij met zijn gezin in Antwerpen, na de aankoop van een huis met atelier. Hij wijdde zich tot aan zijn overlijden aan het restaureren van het grote woonhuis met achterbouw in de Generaal Belliardstraat 11-13 te Antwerpen, waarbij hijzelf de schilderwerken uitvoerde, aan de hand van met veel aandacht uitgekozen kleuren. Hij creëerde kleine en grote houten meubels, zoals een bureau, een Afrikaans lepelstoeltje, allerlei tafels, wandmeubels….

Hij werkte samen met de vuursmid Carl Muylle. Onder zijn deskundige leiding werd niet alleen de uitvoering van het ontwerp van de glazen koepel tot een prachtig geheel gesmeed, maar ook alle overige glaspartijen in de achtergevel van het woonhuis en de orangerie.

Nog in 1980 nam hij deel aan de maritieme schildersprijskamp van de “Vereniging van Staatsrivierloodsen” en won de eerste prijs. Dit gaf hem een sterke duw voorwaarts en vanaf dan specialiseerde hij zich in maritieme voorstellingen.

In de nasleep volgden er vele tentoonstellingen, onder meer in het Singer Museum te Laren, Nederland samen met zijn goede vriend en kunstenaar Guy Maclot, en in de sleepspits “Lauranda” - Kunstenaars over de Haven.
Hij zond werken in voor deelnames aan maritieme wedstrijden, waar hij telkens een prijs of een eervolle vermelding behaalde.

Zijn beeldhouwwerken, gestructureerde houten objecten, duidde hij als ‘organisch abstract’, in deze werken is duidelijk de evolutie te zien van beeld naar schilderij. Hij maakte ook gebruik van marmer, waarbij hij verschillende materialen door elkaar gebruikte. Voor zichzelf maakte hij een aantal abstracte werken in zink, die nooit tentoongesteld zijn. Hij besteedde ook altijd veel aandacht aan de sokkels van zijn sculpturen, geïnspireerd door Constantin Brancusi, de Roemeense beeldhouwer die hij sterk bewonderde.

In 2001 volgde de tentoonstelling “Vier Antwerpse marineschilders” in het Havenhuis te Antwerpen.
Daarna, in 2004 kwam “Drie Antwerpse Marineschilders in confrontatie met de zeilvaart” met Gaston Callens en Leon Ost in de zaal van “SD-Worx”, Antwerpen. Deze laatste tentoonstelling verhuisde in 2005 naar het Havenmuseum van Rotterdam.

In 2006 nam hij deel aan de tentoonstelling “De Handen van de wereld” in Antwerpen, waarbij 14 kunstenaars hun visie gaven op haven en scheepvaart.
In 2010 en 2015 volgden er tentoonstellingen in Sint-Pieters-Kapelle en Brussel.

Zijn werken werden aangekocht door het Museum MAS en het Museum voor Rijn- en Binnenvaart en privéverzamelaars in België, Nederland, Italië, Frankrijk, Texas